top of page
  • Twitter Social Icon
  • LinkedIn Social Icon
  • Google+ Social Icon
  • Snapchat Social Icon

MANAGEMENT ISSUES.

NOTULEN
WELKOM,

Notulen bijeenkomst 1 week 2 (22-11-2016)

Aanwezig: Silke, Vera, Bjorn, Duncan, Gerrit-Jan, Susan, Jasper, Jantien, Loes, Nathalie, Carlijn, Ronald, Irene, Joey, Guus, Twan, Bas en Sjanne.

Voorzitter: Guus

Notulist: Sjanne

 

Groep 1: Silke, Irene, Carlijn, Jasper en Sjanne

Samenvatting artikel: social media in de publieke sector. Het onderzoek ging over het gebruik van social media door de Amerikaanse overheid. De Amerikaanse overheid kreeg van Obama het bevel om meer gebruik te maken van social media zodat ze op deze manier open zijn, meer samenwerkend zijn en meer participerend.

Je moet in het achterhoofd houden: het betreft een overheid instantie en geen bedrijf.

Dit is voor social media heel belangrijk. de overheid gebruikt dit middel alleen om informatie te verschaffen, en niet om het vergaren van naamsbekendheid. Dus overheden gebruiken hetzelfde middel voor een ander doel dan bedrijven.

De onderzoeker heeft een onderscheiding gemaakt in drie tactieken:

Het is de bedoeling dat je voor iedere tactiek je missie en doelstelling reflecteert.

Missie en doelstelling reflecteren:

  • Pushstrategie: het bedrijf of de overheid representeert zichzelf.

  • Pullstrategie: klanten en burgers worden benaderd

  • Combinatie van push- en pullstrategie: dit is bedoelt voor het netwerken

Er is weinig ondersteuning van het topmanagement bij de social media.

Zowel overheden als bedrijven hebben onzekerheid door social media. Social media wordt gemaakt door derden. Overheden en bedrijven hebben dus geen

 

Discussiepunt 1: Hoe groot zou de betrokkenheid van het topmanagement moeten zijn bij het ontwikkelen van een social media beleid en de tactiek van het social media beleid?

Het doel hiervan: De openheid en eerlijkheid over de bedrijfsvoering. Voor overheden is het van belang dat je openheid naar de burgers toont. Ga je je eigen bedrijf representeren of geef je juist je klant een duidelijke plek?

 

De mening van de meerderheid van de klas: Overheden moeten GEEN invloed kunnen uitoefenen op het social media beleid. Het is heel moeilijk voor een bedrijf om zelf te kiezen wat op social media komt en wat niet. Als er fouten gemaakt worden binnen een bedrijfsproces, kan een bedrijf ook negatief op social media komen.

Voorbeeld: zwarte pieten in de Albert Heijn. AH zet dit op een leuke manier op social media. Hier kan echter wel een grote discussie door ontstaan, waar AH door heel Nederland last van heeft vanwege de Zwarte pieten discussie.

Topmanagement moet de richtlijnen van grote bedrijven wat over het hele land gevestigd is, zoals Albert Heijn centraliseren.

Doordat er weinig beleid is, experimenteren mensen ook erg met social media. Er kunnen ook fouten gemaakt natuurlijk tijdens het experimenteren. Het topmanagement moet duidelijke richtlijnen hebben naar de afdeling die social media beheert. Er moet natuurlijk wel op een zekere manier geëxperimenteerd kunnen worden. Het experimenteren moet wel binnen de richtlijnen blijven. Het topmanagement moet natuurlijk ook vertrouwen hebben in de mensen die contact en social media beheren.

 

Social media beheer kun je niet vergelijken met andere afdelingen in een bedrijf. Een foutje in social media kan veel nadeliger zijn (de impact is groter) dan een foutje op een andere afdeling. Op social media is namelijk alles zichtbaar voor iedereen.

Rol van het management in deze situatie: plannen en organiseren (POLC-cyclus).

 

Discussiepunt 2: Is het normaal dat grote bedrijven geen zeggenschap heeft op de ontwikkelen van social media platform?

De meerderheid van de klas is het hier NIET mee eens.

Social media wordt wel steeds belangrijker in het bedrijfsleven, maar het is de keus van bedrijven of ze gebruik maken van social media. Het wordt veel te ingewikkeld als bedrijven of overheden invloed hebben op een social media platform zoals facebook.

Volgens de klas is social media juist een medium om naar je eigen website of omgeving te linken.

 

Groep: Guus, Joey, Bas, Twan, Duncan

Samenvatting artikel:

Tegenwoordig wordt er steeds meer gebruik gemaakt van social media tijdens het werk. Is het normaal/toegestaan dat werknemers onder werktijd privé e-mails versturen of op social media gaan?

Volgens het artikel kun je hier een gedragscode voor opstellen.

 

Discussiepunt 1: Moeten er regels / protocollen ten aanzien van het gebruik van social media onder werktijd worden opgesteld? Of moet een werkgever vertrouwen hebben in haar werknemers?

Tegenwoordig zijn er bedrijven waarop werknemers met hun eigen account moeten inloggen. De werkgever kan dan zien wanneer en hoelang je op je account ziet. Daarnaast kan de werkgever ook zien wat de werknemer aan het doen is. Terwijl je op je account zit, is het niet mogelijk om in te loggen op websites zoals facebook en e-mail etc.

 

Een argument hiervoor: Het is slecht dat bedrijven dit verbieden. Een mens wil hard werken, maar een mens heeft ook ontspanning nodig en dit kan door middel van social media. Op het moment dat de werknemer de vrijheid krijgt en toegang krijgt tot social media, kan hij of zij zijn of haar hoofd leegmaken.

Een tegenargument hiervoor is: social media kan natuurlijk ook demotiveren, omdat je prikkels hebt hierdoor. Je moet je medewerkers voor deze prikkels beschermen. Daarnaast kan het andere werknemers ook negatief beïnvloeden. Als een werknemer ziet dat haar collega op social media zit, is hij of zij eerder geneigd dit ook te doen.

Samenvattend: De meerderheid vindt dat er een beleid moet komen ten aanzien van social media.

 

Groep 3: Ronald, Bjorn, Vera, Susan

Samenvatting artikel:

Er zijn drie soorten leiderschap:

Transactioneel leiderschap: Hierbij richt men zich op efficiëntie en is kostengericht. Dit is de oude kijk van leiderschap. De nieuwe kijk van leiderschap is transformationeel: Relaties met personeel bevorderen met personeel om je bedrijfsdoelen te behalen.

 

In het artikel gaat het over Servant leadership: opvolging van transformationeel leadership. Je gaat alleen de wensen en behoeften van je medewerkers vervullen. Gedachte erachter: medewerkers zijn uit zichzelf al gemotiveerd genoeg om de strategieën te volgen binnen de organisatie. DUS je focus ligt echt op de medewerkers.

 

Discussiepunt 1: Kun je centraliseren dat dit de manager is van de toekomst?

De meerderheid van de klas is het hier niet helemaal mee eens. Je moet namelijk rekening houden met wat de organisatie wil. Automatiseren en robotiseren kan de rol van de manager beïnvloeden.

 

 

Discussiepunt 2: een leider is OF transsectioneel OF transformationeel. Ben je het één of het ander of kun je er ook tussen zitten?

Een aantal mensen in de klas zijn het hier mee eens. Voor bepaalde situaties heb je een taakgerichte manager nodig en voor de andere situatie een relatiegerichte manager. Het kan verwarrend zijn voor werknemers als een manager de ene keer erg relatiegericht is en de andere keer juist taakgericht en daardoor erg streng.

Anderen in de klas waren van mening dat een manager hier wel degelijk tussenin kan zitten. Een manager kan zich namelijk wel de ene keer op de taak richten en de andere keer juist op een relatie.

 

Groep 4: Gerrit-Jan, Jantien, Loes, Nathalie

Samenvatting artikel:

Leiderschap veranderd. De manier waarop de organisatie gericht is, veranderd ook. Er komen steeds meer virtual teams; werknemers zijn over de hele wereld verspreid.

Er is altijd een bepaald deel binnen een organisatie waar controle over uitgeoefend moet blijven worden (administratieve organisatie). Dit zijn processen zoals goederen en processen die over informatie gaan. Bij deze processen en afdelingen moet de controle ingericht worden om duidelijk te hebben welke informatie beschikbaar is voor iedereen. De onderzoeker van dit artikel maakt onderscheid tussen twee processen:

  1. Gestolde processen: Administratieve organisatie

  2. Gestroomde processen: meer naar data management. Meer medewerkers de mogelijkheid geven dingen zelf te laten bepalen.

Als je hier een goede balans in weet te vinden, dan heb je een toekomstbestendige organisatie.

Een organisatie kan NIET helemaal naar nieuw leiderschap gaan, dat moet per proces worden bekeken. Het is namelijk van de organisatie en het proces afhankelijk of controle van belang is.

 

Discussiepunt 1: Blijf je altijd een administratieve organisatie houden? Of ga je op een gegeven moment helemaal over naar robotisering of blijven er processen waar je altijd controle op zou moeten houden zoals bij de administratieve organisatie?

Functiescheiding wordt veel moeilijker en veel controle gaat verloren door automatisering en machines. Administratieve organisatie loopt door de hele organisatie.

Kenmerkend voor administratieve processen: deze worden uitbesteed tegenwoordig. Daarnaast is het ook geautomatiseerd door computers.

 

Discussiepunt 2: In hoeverre gaat automatisering de rol van de manager veranderen? Niemand hoeft meer aangestuurd te worden. managers hoeven dan minder te controleren, omdat machines gestandaardiseerd zijn. Aan het eind moet natuurlijk wel gecontroleerd worden.

Manager wordt gedwongen om innovatief te zijn. Meer nadenken over de manier waarop de zaken ingericht zijn als alles geautomatiseerd wordt. Door middel van automatiseren kun je veel controleren. Alle systemen zijn tegenwoordig aan elkaar gekoppeld.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Pre-discussion

Veel bedrijven hebben al een visie staan. Hoe kun je ervoor zorgen dat de visies van de werknemers gemeenschappelijk kunnen worden gemaakt?

Veel werknemers weten dit niet. Terwijl een visie volgens de literatuur wel belangrijk.

Dus werknemers moeten bewust zijn van een visie en handelen naar een visie.

Hoe belangrijk is het eigenlijk dat er een visie is?

Wat is de toegevoegde waarde van een visie?

Hoe zorg je ervoor dat de visie wordt nageleefd?

CONNECTIE?

E-mail: managementblog@twanvdwal.com

Namens, 

Directie van 'Management Issues'

  • Grey Google+ Icon
  • Grey Twitter Icon
  • Grey LinkedIn Icon
  • Grey Facebook Icon

© 2017 by van der Wal Productions

bottom of page